Acht literaire organisaties krijgen deze beleidsperiode (2023-2027) steun van Literatuur Vlaanderen. In het voorjaar van 2025 gingen de leden van de adviescommissie, samen met de medewerkers van Literatuur Vlaanderen, op werkbezoek bij de organisaties. Daarna maakten ze de balans op. Commissielid Pieter Malengier en voorzitter Jana Kerremans waren erbij.
Waar zet de adviescommissie tijdens zo’n werkbezoek op in?
Pieter: “Vroeger was Literatuur Vlaanderen vooral een subsidieorgaan, waar je als organisatie geld kon tanken. Dat is echt veranderd. Vandaag gaat de administratie werkelijk in een open dialoog met de aanvragers. Neem nu PEN Vlaanderen, tot voor kort werden zij erkend als literaire organisatie, maar wat zij doen rond het vrijwaren van meningsuiting overstijgt de regeling rond literaire organisaties. Literatuur Vlaanderen is daarom actief met hen gaan nadenken of ze niet op een andere manier financiële ondersteuning konden krijgen om zo beter in te spelen op de noden van die organisatie. Het omgekeerde is gebeurd met het Huis van Herman Teirlinck. Zij zijn er nog maar recent bijgekomen."

Dat actief in dialoog gaan typeert de huidige manier van werken van Literatuur Vlaanderen en de adviescommissie. En dat wordt door de betrokken actoren in het veld erg gewaardeerd.
Pieter Malengier
Jana: “Daarnaast spelen de adviescommissie en Literatuur Vlaanderen een belangrijke rol in het zoeken naar synergieën. Het is niet de bedoeling dat het veld bestaat uit organisaties die naast elkaar werken en vechten voor hun eigen centen. Cultuurmiddelen zijn beperkt. Het heeft geen zin dat drie organisaties hetzelfde doen. Organisaties daarop wijzen en met hen nadenken hoe ze op elkaar kunnen inspelen, dat is onze rol.” Pieter: “Die actieve rol hebben we in het verleden bijvoorbeeld vervuld rond de schrijversresidenties. Vroeger waren daar drie, vier organisaties mee bezig. Literatuur Vlaanderen heeft hen samengebracht en vandaag gebeurt dit gecentraliseerder, met Passa Porta als sleutelorganisatie. Dit komt de transparantie en de dienstverlening naar auteurs en het literaire veld ten goede.”
Wat stemde jullie hoopvol tijdens de bezoeken?
Jana: “Dat het begrip literatuur wordt opgerekt, voorbij het boek. Ik denk dan bijvoorbeeld aan Grafixx, een organisatie die er pas is bijgekomen en die focust op nieuwe vormen van artistieke expressie in grafisch werk. Ook al ben ik zelf een grote boekennerd, het is ongelooflijk om te zien hoe die mensen hun stem vinden. Door hokjes open te breken, zie je dat er ook meer jonge mensen worden betrokken. Wat ze in het Watlab van VONK & Zonen doen rond talentontwikkeling, is heel verfrissend. Maar ook bij Villa Verbeelding, waar alles in het teken staat van illustratie, weten ze bijzonder goed hoe ze scholen kunnen bereiken.” Pieter: “Ik vind het ook geruststellend om te zien dat er deze beleidsperiode weer beweging zit in de organisaties, en dat er ruimte is voor vernieuwing. Wie de literaire organisaties zijn en wat ze doen, staat niet vast tot in de eeuwigheid. Dat is gezond, ook gevestigde waarden moeten zich regelmatig herdenken en vernieuwen. En omgekeerd zitten er bij de projectwerking nu al spelers waarvan je voelt dat ze klaar zijn om de stap te zetten naar een erkenning als literaire organisatie. In die zin is het heel zinvol dat onze adviescommissie ook literaire projecten behandelt.”

Jana Kerremans
©Ann De Koker
Het is ook waardevol om vast te stellen dat die verschillende organisaties in het Overleg Literaire Organisaties (OLO) een even grote stem hebben. Of je nu een beginnende organisatie bent of veel ervaring hebt, en of je nu de illustratoren of de auteurs vertegenwoordigt, dat maakt niet uit.
Jana Kerremans
Pieter: “Met relatief kleine teams leveren onze organisaties ongelofelijk veel werk. Bovendien proberen ze via partnerschappen het bredere literaire veld nog meer te ondersteunen. Het is om die reden ook goed dat er niet te veel structureel ondersteunde literaire organisaties zijn. Andere spelers kunnen hen zo heel gemakkelijk vinden. Als iemand een project wil doen rond boekillustratoren, is het logisch dat ze zich richten tot Villa Verbeelding. Je project moet dan kwalitatief wel sterk genoeg zijn, want een organisatie kan niet overal op ingaan. Dat is een uitdaging waar bijvoorbeeld Poëziecentrum voor staat. Zij krijgen enorm veel aanvragen voor projecten rond poëzie.”
Waar lopen de organisaties vandaag nog tegenaan?
Jana: “Dat literaire organisaties het begrip van literatuur aan het oprekken zijn, is op zich heel fijn, maar soms wringt wat ze doen met de regeling rond literaire organisaties. We hebben wel een openheid gecreëerd in de criteria én in hoe we daar mee omgaan, maar soms is het nog zoeken. Neem nu Stripgids, dat van een tijdschrift een literaire organisatie is geworden. Ze deden altijd al veel meer, denk aan hun stripsalons, maar voor nieuwe organisaties als die van hen is het soms wat puzzelen om in zo’n reglement te passen. Alleen al daarom zijn die visitatiebezoeken zo belangrijk.” Pieter: “Elk van deze organisaties wordt voortgestuwd door passie voor het veld, flexibiliteit, vrijwilligerswerk en métier. Maar mensen en middelen zijn beperkt. Zeker als je weet dat de Vlaamse regering niet heeft voorzien om de lonen tijdens de beleidsperiode te indexeren, kun je daar alleen maar veel waardering voor hebben.*” Jana: “Waar veel organisaties op botsen, is de samenwerking over de taalgrens heen. Er worden best wat pogingen gedaan, maar vaak genereren die toch te weinig interesse en komen de organisaties erop terug. De taal maakt het moeilijk, want met Nederland zie je dat samenwerken wel lukt. VONK & Zonen en Behoud de Begeerte hebben goede contacten met organisaties en projecten in Nederland.”
*In het meerjarenplan van Literatuur Vlaanderen werd gevraagd om in de toekomst wel een loonindexering te voorzien.
Welke aandachtspunten hebben jullie voor de adviescommissie en Literatuur Vlaanderen meegenomen uit die gesprekken?
Jana: “De subsidievoorwaarden zijn streng. We merken ook dat de organisaties veel willen doen om aan die voorwaarden te voldoen. Sowieso kijken werknemers in de kunstensector vaak niet op een uur meer of minder. Het zijn mensen die gemakkelijk meer geven dan ze kunnen. Dat is dus ook de valkuil. Er zijn nog te veel burn-outs in de artistieke sector. Veel kleine organisaties hebben geen tijd en ruimte voor een degelijk HR-beleid, dat kan ook de deur openzeten voor het vervagen van bepaalde grenzen."
Als commissie proberen we er daarom wel op toe te zien dat organisaties scherpe keuzes maken. Een organisatie kan niet alles doen. We vragen realisme, en aandacht voor mensen.
Jana Kerremans
Pieter: “Het werkingsverslag dat ze elk jaar moeten maken, vergt best wat tijd en energie, maar we merken uit de gesprekken dat het de organisaties ook doet reflecteren over de keuzes die ze moeten maken. Ook hierover is er een open dialoog met Literatuur Vlaanderen. Het gebeurt dat organisaties tijdens een beleidsperiode aankondigen dat ze -na een evaluatie- een project stoppen om zich meer te focussen op andere domeinen waarop ze actief zijn. Dit wordt telkens goed onderbouwd en past in de strategie die uit de aanvraagdossiers naar voren komt. Het is niet alsof beide partijen elkaar vijf jaar niet horen.” Jana: “Tegelijk moeten we erover waken dat de dossierlast niet te hoog is. Als je met drie bent, dan kan het niet de bedoeling zijn dat een werknemer een half jaar dossiers zit te schrijven. Daarom moeten we als commissieleden ook kritisch blijven naar onszelf. Vragen we niet te veel? We dekken al zo’n mooi veld af. Laten we de mensen en de organisaties die er zijn ook beschermen. Daar wil ik als voorzitter op blijven letten.”

VONK & Zonen
©Tim Theo Deceuninck
Literaire organisaties
Literaire organisaties ondersteunen auteurs in hun artistieke en professionele ontwikkeling en maken literatuur toegankelijk voor een breed publiek. Deze acht literaire organisaties worden momenteel gesteund door Literatuur Vlaanderen. We vroegen hen hoe zij terugblikken op het bezoek van de adviescommissie.
Poëziecentrum wil zo veel mogelijk mensen zo veel mogelijk met poëzie in aanraking laten komen. Zo hoopt ze duidelijk te maken dat er voor iedereen een gedicht of soort poëzie bestaat. De organisatie werkt hieraan met de vijf afdelingen: de uitgeverij, het tijdschrift, het kenniscentrum, de publiekswerking en de poëzieshop. Met die 360°- benadering werkt Poëziecentrum op diverse manieren aan het verwezenlijken van haar missie en visie.
Dave Van Robays, directeur Poëziecentrum, blikt terug op het werkbezoek: “Omdat het jaarverslag van 2025 slechts ruimte bood voor drie highlights – en we vonden dat er nog véél meer te vertellen viel – kozen we ervoor om tijdens het bezoek van de adviescommiddie één groot project in de kijker te zetten: de Gouden Poëziemedaille en Poëziesterren voor het basisonderwijs, een project dat werkt én leeft, maar afhankelijk is van tijdelijke extra middelen van het Ministerie van Onderwijs en Vorming. We hopen op termijn op een meer duurzame ondersteuning. Tijdens het gesprek kwam ook een belangrijk aandachtspunt aan bod: het gebrek aan meerstemmigheid binnen het kinderpoëzielandschap. Het doet deugd te merken dat de adviescommissie en Literatuur Vlaanderen dit signaal ook oppikten.
Daarnaast bespraken we ook enkele bredere thema’s, zoals de werking in haar geheel, onze verschillende afdelingen en – helaas – de onzekerheden rond onze huisvesting. Die onduidelijkheid weegt, en dat voelen binnen het team. Toch blijven we met een kleine ploeg actief op heel wat terreinen. We proberen daarbij onze verschillende werkdomeinen met elkaar te verbinden. We zouden het liefst overal volmondig ‘ja’ op zeggen, maar beseffen steeds meer dat we keuzes moeten maken. Parameters en afwegingscriteria helpen ons daarbij, en we zijn blij te horen dat Literatuur Vlaanderen dat denkkader mee ondersteunt.”
VONK & Zonen is een werkplaats en productiehuis waar de literaire maker centraal staat. Ze verbindt makers en publiek, stimuleert dialoog, experiment en vernieuwing, en biedt tijd, ruimte en ondersteuning om literaire creatie te verdiepen en nieuwe vormen van presentatie te ontwikkelen. Daarin legt de organisatie de nadruk op literatuur buiten het boek, talentontwikkeling, en maatschappelijke relevantie.
Pim Cornelussen, coördinator VONK & Zonen, blikt terug op het werkbezoek: “Het doet deugd te voelen dat onze inzet voor talentontwikkeling, literatuur buiten het boek en de zorg voor het brede veld gedragen wordt door Literatuur Vlaanderen. Het gesprek met de commissie was een leerrijke dialoog, een warme uitwisseling die ons niet alleen bevestigt, maar ook uitdaagt en nieuwe inzichten geeft. We nemen de constructieve feedback mee als brandstof om scherper, zorgvuldiger en met open vizier verder te bouwen. Samen met makers, partners en publiek willen we de komende jaren blijven ontvlammen: in dialoog, in verbeelding en in vertrouwen.”
Internationaal literatuurhuis Passa Porta is een unieke en meertalige ontmoetingsplek voor iedereen die nieuwsgierig is naar ideeën, teksten en verhalen. De organisatie greep haar 20ste verjaardag aan om kritisch maar met positieve overtuiging na te denken over haar werking. Waar is die te breed, waar is die te smal? Wat zijn de sterktes en blinde vlekken van het team? Welke noden zijn er in het veld? Passa Porta profileert zich aan de hand van drie focusgebieden: een literatuurhuis voor vandaag, gericht op morgen en thuis in Brussel.
Villa Verbeelding is een huis in Hasselt dat je onderdompelt in de wereld van illustratie en jeugdliteratuur. De organisatie maakt het werk van jeugdauteurs en illustratoren zichtbaar binnen en buiten haar muren en daarbij staan verdieping, creatie (door auteurs én publiek), visuele geletterdheid en boekenliefde centraal. Daarnaast verzorgt Villa Verbeelding een sterk aanbod aan een- en meerdaagse masterclasses voor (professionele) illustratoren en draagt ze zo bij aan hun talentontwikkeling. Villa Verbeelding organiseert jaarlijks in augustus ‘De Verbeelders’ een illustratiefestival voor volwassenen met lezingen, workshops, tentoonstellingen en een illustratiemarkt. De organisatie zet in op een genre dat nergens anders in Vlaanderen zo professioneel gepresenteerd en ondersteund wordt en doet dat in een regio waar geen andere grote literaire organisatie actief is.
Marijke Rekkers, coördinator Villa Verbeelding, blikt terug op het werkbezoek: “De bezoeken van de adviescommissie zijn de laatste jaren meer dan ooit een moment voor open dialoog waarin alle vragen op tafel kunnen komen. Zo hebben we de laatste jaren achter de schermen gewerkt aan een vernieuwing van het team. Een laatste uitdaging in deze transitie is het aantreden van een nieuwe zakelijk/artistiek leider in mei 2026. Villa Verbeelding wil de komende jaren de werking verder uitbouwen met bijzondere aandacht voor inclusie en nieuwe samenwerkingen. Een blijvende bezorgdheid is dat de loonidexering niet wordt verrekend in de toegekende subsidie. Daarnaast zijn deze bezoeken voor Villa Verbeelding ook een kans om de nieuwe expo’s te tonen en hierop feedback te krijgen.”
Behoud de Begeerte tilt de literaire voorstelling op tot een spannend theatraal genre dat als volwaardige podiumkunst wordt gepresenteerd. Via dit aanbod organiseert het een caleidoscopische blik op het literaire veld, zowel nationaal als internationaal, met artistiek relevante regieconcepten en dramaturgisch onderbouwde tekstmontages die putten uit verschillende literaire genres. Deze producties komen tot stand in dialoog met de auteurs en met het oog op een breed en divers publiek. Op die manier werpt Behoud de Begeerte zich op als ambassadeur van alle letteren.
Steven Heene, artistiek coördinator Behoud de Begeerte, blikt terug op het werkbezoek: “Het was zeer zinvol, en ook hoogst aangenaam, om dit voorjaar van gedachten te kunnen wisselen met de delegatie van Literatuur Vlaanderen en de commissie. Het gesprek verliep erg open en nodigde uit om een stand van zaken op te maken, ook voor onszelf: waar staan we halverwege de huidige beleidsperiode? In tijden van ontlezing is het zaak om de krachten en expertises te bundelen: in functie van een vitaal en veelzijdig en dus attractief letterenveld. Bij Behoud de Begeerte stellen we bijvoorbeeld vast, net als de organisaties in de podiumkunsten, dat spreiding, in vergelijking met vroeger, geen sinecure is. Het is een van de uitdagingen waardoor je goed moet nadenken over strategieën, op korte en langere termijn. Wat bied je aan en wie wil je daarmee bereiken? Daarover in gesprek gaan levert altijd wel iets op. Anders dan in de podiumkunsten, een sector die veel groter is wat het aantal spelers betreft, is dat in de letteren ook mogelijk op een menselijke maat: samen aan tafel.”
Stripgids is een organisatie die als katalysator voor de stripsector kan optreden, die mobiliseert en faciliteert, kansen ziet en biedt, kennis en expertise uit binnen- en buitenland concentreert en teruggeeft en dat voor een breed publiek. Sinds 2023 wordt Stripgids opnieuw structureel ondersteund als expertisecentrum en productiehuis over het actuele beeldverhaal en striperfgoed in Vlaanderen.
Heleen Driesen, coördinator Stripgids, blikt terug op het werkbezoek: “Op 1 juli kwam de adviescommissie op bezoek in onze ‘thuisstad’ Turnhout. Alsof je eindelijk eens je huis mag laten zien aan die pennenvriend voor wie je toch een beetje ontzag hebt. Het was een bloedhete dag en een verrassend verfrissende ontmoeting. Met veel oprecht geïnteresseerde vragen over onze werking, maar vooral ook een open luisterhouding, die uitnodigde om met onze eigen vragen en bezorgdheden te komen. Het deed ons deugd dat de commissie niet enkel evalueert, maar ook meedenkt en begeleidt.” “Samen zien we nog veel kansen om strip en beeldverhaal uit te dragen als het gezamenlijke verhaal van verbluffend sterke Vlaamse makers, uitgevers en producenten. De komende jaren blijft het werken aan een sterke visie voor zowel onze eigen organisatie als de sector, met als doel een zo breed en divers mogelijk (lezers)publiek te blijven enthousiasmeren. Stripgids wil daarbij verder groeien in zijn rol als gangmaker en verbinder.”
Het huis van Herman Teirlinck is een ontmoetingsplek voor schrijvers, artiesten, lezers, wandelaars en liefhebbers, in de natuurlijke omgeving van de hoofdstad. De vzw staat voor de organisatie van een waaier aan kwaliteitsvolle literaire en culturele activiteiten, stimulering van reflectie over actuele tendenzen in de samenleving, uitbouw van een residentieplek voor schrijvers en kunstenaars, het creëren van een oase van rust (aansluitend op de wandel- en fietsroutes in de omgeving) en culturele gastvrijheid en gemeenschapsvorming, in samenwerking met vele partners.
Sigrid Bousset blikt terug op het werkbezoek: “Uit het gesprek kwam helder naar voren wat we voor de toekomst voor ogen hebben: er zijn bergen verzet om het huis van Herman Teirlinck mogelijk te maken, en gaandeweg wordt de werking verder gestroomlijnd. Hoe houden we het huis actueel? Hoe behouden we ons trouwe publiek én blijven we nieuwe publieken aanspreken? En hoe kunnen we onze verschillende programmalijnen en -vormen daarvoor inzetten? Op welke manier kunnen we met onze werking inspelen op de noden van makers, bijvoorbeeld door de residentiewerking te verfijnen? Het verheugde ons om deze vragen en bedenkingen eens met de frisse blik van de commissieleden te delen. We beleefden het bezoek als een erg fijne en open bijeenkomst, waarin de commissieleden opbouwende vragen stelden en een eerlijk en zinvol perspectief op onze werking meegaven.”
Grafixx kiest voor een duidelijke niche in het stripveld en creëert een uniek platform voor de creatie, presentatie en verspreiding van vernieuwende beeldverhalen, illustratie en grafiek. De organisatie bevindt zich in het midden van een jonge internationale avant-garde, waar het broodnodige experiment gebeurt dat de stripsector levendig houdt en in verbinding brengt met andere kunstvormen. Grafixx vormt zo een dynamische tegenstem binnen het veld van de traditionele strip.
Elizabeth Geerts blikt terug op het werkbezoek: "Na twee jaar als erkende literaire organisatie en twee jaar werking als vzw – na een decennium projectwerking – was het bijzonder waardevol om met 2 commissieleden in dialoog te gaan en hierover te reflecteren. Het gesprek bood nieuwe inzichten in hoe externen naar Grafixx kijken en bracht enkele bestaande knelpunten scherper in beeld. Het vormde een aanleiding om met een frisse blik naar de eigen positie binnen het literaire veld te kijken. De organisatie apprecieerde de kritische en tegelijk constructieve houding van de commissieleden.
Grafixx voelde zich tijdens het bezoek gesterkt in één van haar good practices, namelijk een werking met oog voor kinderen en jongeren. De organisatie werkt in de niche literatuur/beeldverhaal/strips die door de visuele aantrekkingskracht een jong publiek een poort biedt naar een breed literair aanbod. Grafixx selecteert voor het programma bewust beginnende makers, die op hun beurt een jong publiek aanspreken en inspireren. Activiteiten zijn steeds interactief en multimediaal. En er wordt bewust gekeken naar waar we jonge lezers het best bereiken, denk aan scholen, bibliotheken, jeugdwerkingen, … Grafixx ziet in de komende jaren verschillende kansen om haar werking verder te versterken en uit te breiden. De organisatie zet volop in op de versteviging van de vzw, met bijzondere aandacht voor netwerkuitbreiding, door bestaande samenwerkingen te verdiepen en door actief op zoek te gaan naar nieuwe partners. Internationalisering blijft daarbij een speerpunt. De organisatie blijft buitenlandse auteurs uitnodigen en focust tegelijk op wederkerige uitwisseling. Daarnaast zet Grafixx in op educatie. Door het ontwikkelen van op maat gemaakte, schaalbare educatieve programma’s wil de organisatie haar bereik binnen het onderwijs vergroten. Tot slot vormt ook het beheer van de groeiende bibliotheek een belangrijk aandachtspunt. De groeiende collectie vraagt om een doordachte langetermijnstrategie en het aangaan van partnerschappen die zorgen voor een duurzaam en toegankelijk beheer. Om deze kansen ten volle te benutten, is het echter belangrijk ook aandacht te besteden aan enkele uitdagingen die Grafixx ervaart. De kleine personeelsbezetting maakt de werking kwetsbaar — een werking die mede afhankelijk is van subsidies. Het vinden van bijkomende financieringsbronnen blijft een acute uitdaging en noodzaak."