Annemarie Estor is voorzitter van de commissie podiumliteratuur, die in 2024 werd opgericht. “De discussies tussen de commissieleden zijn boeiend,” vertelt ze aan de telefoon. “Enkelen van hen komen uit de theaterwereld, anderen richten zich op spoken word en met mijn achtergrond als cultuurwetenschapper benader ik het woord als ritueel fenomeen. We hanteren dus allemaal een eigen begrippenkader en dat vult elkaar mooi aan.”
Estor is ook dichter. Op het moment van ons gesprek bevindt zij zich in een afgelegen hut in het Spaanse Aragon, waar ze de laatste hand legt aan haar nieuwe dichtwerk 'Villa Allucina' en contact zoekt met een Spaanse uitgever voor haar net verschenen verhalende gedicht 'Het overschot'.
Je bent de eerste voorzitter van de adviescommissie podiumliteratuur. Waarom moest deze nieuwe commissie er komen?
“Literatuur Vlaanderen wil steun geven aan alle vormen van literatuur die mensen beroeren. De interesse in het boek neemt momenteel weliswaar af, maar dat geldt niet voor de interesse in getuigenissen, verhalen en fictionele werelden. De literaire productie buiten het boek bloeit, denk aan poëzie op gevels en ramen of aan de hernieuwde interesse in orale tradities. Daarom is het goed dat we beoefenaars van het genre podiumliteratuur, in feite een ontzettend oud genre, nu eindelijk met een werkbeurs kunnen steunen."

Een werkbeurs is een vorm van erkenning: het vraagt métier om een tekst te maken die overtuigt in gesproken vorm en in contact met een publiek. Dat kan spoken word zijn, of rap of slam poetry, maar ook allerlei experimentele vormen van literaire performance. Als commissie hopen we het genre meer zuurstof te geven.
Wat is je gouden tip voor wie een subsidieaanvraag wil indienen?
“Ten eerste zou ik zeggen: Laat ons met de gevraagde video’s zien hoe je je publiek bespeelt en hoe je jouw taal en lichaam inzet om iets bijzonders op te roepen. Besteed dus al vroeg in je literaire loopbaan aandacht aan het (laten) maken van video’s. Ten tweede: toon ons jouw kleuren en eigenheid. Wij hebben als commissie geen voorgevormde ideeën. Het is dus niet zo dat je in een bepaalde mal moet passen. We willen juist dat je ons verrast en overtuigt. Het genre is zich volop aan het ontwikkelen, dus we moedigen experimenteel werk aan.”
Hoe belangrijk zijn de zakelijke aspecten?
“Ook die moet je in je aanvraag belichten, het gaat bij werkbeurzen immers over professionaliteit. Aan de adviescommissies die zich buigen over boekprojecten moeten schrijvers een uitgeefcontract of een intentieverklaring van een erkende uitgeverij voorleggen. Wel, laat ons zien dat je de podia kent, dat je contacten of afspraken hebt met programmatoren, dat je een lijst met reeds verzorgde optredens hebt én een prikkelend project.”
Binnen het voorzittersoverleg van Literatuur Vlaanderen waken we erover dat de zakelijke eisen in alle genres en dus in alle commissies op elkaar zijn afgestemd: een werkbeurs van bijvoorbeeld vier eenheden moet gaan naar een auteur en een plan van een bepaald kaliber of gehalte, ongeacht het genre.