“Ik weiger boeken met een lelijke cover”

In de kijker 08 mei 2025

Ze duiken soms op in de sociale mediakanalen van auteurs: enigszins beverige filmpjes van een fabriekshal waarin voorbijsnellende stapeltjes papier in beeld komen. Daaronder de blije hashtag #vandaagwordtmijnboekgedrukt. Het boek is er. Nu moet het alleen nog verkocht worden. Schwalbe belde op regenachtige avonden aan bij uitgeverijen, zoomde dat het een lieve lust was met PR-medewerkers en buurtte in de gezelligste boekhandels. Dat alles met de vraag: verkoop mij een boek.  

Tekst: Steven Van Ammel  Illustraties: Kevin Sezgin 

Brecht Hortensius mag de spits afbijten. “Om jou als lezer te bereiken beoefen ik twee jobs. Bij VBK België verzorg ik enerzijds de contacten met de pers en anderzijds de marketing in de boekhandels. Wat de pers betreft, werken met een kleine stortvloed aan catalogi, die we versturen naar alle mogelijke perskanalen. We proberen daarnaast de belangrijkste spelers ook persoonlijk te benaderen om duidelijk te maken waar onze focus ligt. Dat werkt bij sommigen beter dan bij anderen. Zo lopen we geregeld tegen het probleem aan dat er wel heel vaak met freelancers wordt gewerkt en nog maar weinig met vaste redacteurs. Na de catalogi volgen de persberichten waarmee we de mensen trachten warm te maken voor een specifiek boek. Vaak kies ik mijn speerpunten op basis van wat we de interne aanbieding noemen, dat is het moment waarop onze redacteurs de boeken voorstellen aan de andere afdelingen van de uitgeverij.” 

Ook voor Inge Janssens, die bij L&M Books de verkoop, PR en marketing van een aantal Nederlandse uitgeverijen zoals De Arbeiderspers en De Geus verzorgt, begint alles bij de interne aanbiedingsvergadering. “Ik heb het geluk met gedreven redacteurs te mogen samenwerken. Ik kan hun woorden bijna één op één neerschrijven en daar vervolgens zo mee naar de pers gaan. Hun enthousiasme, en het mijne, is belangrijk om de pers te overtuigen onze auteurs aandacht te geven. Veel redacteurs springen nu ook vaker bij in de PR door zelf ook contact te leggen met boekhandelaars en literaire programmatoren.”  

Ik heb het geluk met gedreven redacteurs te mogen samenwerken. Ik kan hun woorden bijna één op één neerschrijven en daar vervolgens zo mee naar de pers gaan.

Inge Janssens (L&M Books)

Sofie Dewulf, verantwoordelijk voor marketing en promotie bij Standaard Uitgeverij, sluit zich daarbij aan. “Sparren met mijn collega’s van De Bezige Bij in Nederland werkt inspirerend. We gaan dan echt op zoek naar de lezer. Waar zit die? Waar voelen wij affiniteit? Wat is het verhaal dat de auteur wil brengen? We proberen ons in te leven in zowel lezer, boekhandelaar als journalist. Je wilt echt een beetje in het hoofd van de journalist kruipen. Naar welke verhalen zijn ze op zoek? Vaak komen we uit bij ideeën die zowel in Vlaanderen als in Nederland kunnen werken. Al zien we wel dat er een verschil bestaat tussen de boeken die in Nederland aanslaan en de boeken die in Vlaanderen aanslaan.”  

De kracht van koffie 

Brecht Hortensius: “De volgende stap is de eigenlijke marketing: point-of-sale materiaal versturen naar de boekhandel. Posters, bladwijzers en backcards voor bij de boeken. Op dat punt in het verhaal beland je ook bij de boekpresentaties. We brengen de auteur naar de eindgebruiker, de lezer.”  

Werd de traditionele boekpresentatie dan niet ingehaald door TikTok en online communities?  

Op de elfde verdieping van een Antwerps kantoorgebouw schudt Julie Verhaert het hoofd. Ze begon als PR-medewerker bij Pelckmans, waar ze inmiddels uitgever is van fictie voor jongeren en volwassenen. “Ik geloof sterk in het fysiek contact met lezers en lezingen. Mijn auteurs weten dat ook. Het blijft een unieke situatie waarbij je één op één de aandacht krijgt van je lezer. Om vandaag nog een beetje aandacht te kunnen genereren voor een boek moet je van in het begin nadenken."

"De inhoud is belangrijk, uiteraard. Maar of een auteur vermarktbaar is, speelt heel hard mee. Is het iemand die lezingen wil geven? Is het iemand die sociale media onderhoudt? Auteurs – zeker mensen die kinderboeken maken – hebben sterk de neiging om te zeggen dat hun boek eigenlijk voor iedereen is. Daarop zeg ik: neen. Bij een boek voor iedereen voelt niemand zich aangesproken. Wat we wel doen, is een leeftijd op een boek plakken, bijvoorbeeld voor 10 tot 12 jarigen, met daar een duidelijke boodschap aan gekoppeld. Pak je dat verstandig aan, dan bereik je vaak nog lezers aan de beide eindes van die leeftijdscategorie.”   

Ik geloof sterk in het fysiek contact met lezers en lezingen. Of een auteur vermarktbaar is, speelt heel hard mee. Is het iemand die lezingen wil geven? Is het iemand die sociale media onderhoudt?

Julie Verhaert (Pelckmans)

Ook Inge Janssens heeft het gevoel dat er meer initiatieven zijn dan vroeger. “Er zijn meer festivals en meer boekpresentaties. De huidige generatie schrijvers haalt veel uit die podia, ook een vorm van bekendheid. Het begon bij de poëzie, met dichters als Maud Vanhauwaert en Charlotte Van den Broeck. Die optredens waren fantastisch en je merkte dat de verkoop volgde. Inmiddels is het overgeslagen naar andere genres. Kijk naar iemand als Anneleen Van Offel. Ze beheert de socials, schrijft nieuwsbrieven en organiseert evenementen. En niets van dat alles op een opdringerige wijze.”  

In Heist-op-den-Berg zet Gert De Bie van boekhandel Het Voorwoord ook sterk in op evenementen. “Ik word oprecht blij van mensen samenbrengen en kan het bijgevolg niet laten om concerten en literaire avonden te organiseren. Die laatste eigenlijk nog het liefst. Dit gaat nu even zwaarwichtig klinken, maar met literatuur zit je sneller bij de kern van het leven. Met onze reeks Tussen de Letters zetten we boeken in de kijker wars van hypes en trends. Het publiek gaat in dialoog met een panel schrijvers, aan de hand van een boek dat wij belangrijk vinden. Zo bespreken we dit jaar collectief ‘Het verdriet van België’ van Hugo Claus, niet meteen een boek dat nog breed in de markt wordt gezet. In de weken na zo’n literaire avond merk je dat het boek over de tong gaat. Je creëert een clubsfeer in het dorp.” 

In de weken na zo’n literaire avond merk je dat het boek over de tong gaat. Je creëert een clubsfeer in het dorp.

Gert De Bie (boekhandel Het Voorwoord)

Bij Letters & Co, de kleine onafhankelijke boekhandel in Deinze is laagdrempeligheid het codewoord, vertelt Lies Scheerlinck. “Toen we dertien jaar geleden de boekhandel openden, was het meteen met een koffiebar erbij. De extra workload nemen we er met de glimlach bij, omdat het de drempel immens verlaagd. Mensen stappen sneller de winkel binnen omdat ze zich niet verplicht voelen iets te kopen. Anders dan in een grootstad zien wij hier relatief weinig onbekende passanten. Iedereen kent elkaar hier, wat maakt dat onze boekhandel uitgroeide tot een klein, officieus cultureel centrum. Je hoeft bij ons niets te kopen, maar als je op marktdag je koffietje drinkt, maak je wel kennis met ons aanbod.” 

Je hoeft bij ons niets te kopen, maar als je op marktdag je koffietje drinkt, maak je wel kennis met ons aanbod.

Lies Scheerlinck (boekhandel Letters & Co in Deinze)

De weelde van het overaanbod  

Gevraagd naar de grootste uitdaging in hun vak, kaarten boekhandelaren opvallend vaak het overaanbod aan nieuwe titels aan. Zijn uitgevers zich bewust van die verzuchting?  

©

Kevin Sezgin

Sofie Dewulf: “Er zal altijd een spanning bestaan tussen wat we uitgeven en wat verkoopt. Wie het recept kent van een bestseller mag zich altijd melden. Lezers zijn er nu eenmaal in alle soorten en gewichten en formaten en kleuren. Timing is een belangrijke factor. Het momentum opbouwen, maar ook bepalen wanneer in het jaar een boek verschijnt. Er zijn slechtere en betere momenten, die herkennen is cruciaal. Soms loopt het daar mis. Dan verschijnen er in dezelfde week acht andere boeken en kun je het bij de pers wel schudden. We beleefden een mooi najaar in 2024, maar merkten wel dat ook de boekhandels vol zaten. Het ging er soms fysiek bijna niet meer in. Zo vallen mooie boeken overboord, wat erg jammer is. Tegelijkertijd voel ik mij bij die weelde als lezer echt een kind in een snoepwinkel.” 

Julie Verhaert: “Er zijn helaas nog veel uitgevers die de methode van het bord spaghetti hanteren. Ze smijten blind boeken tegen de muur en hopen dat er toch een paar sliertjes blijven hangen. Bij Pelckmans zitten we rond de 250 titels per jaar, over alle fondsen heen. Boekhandelaars kopen kritischer in omdat de winkels vol liggen. En dan zwijg ik nog over de toestroom aan Engelstalige literatuur. Maar als we minder uitgeven, worden de boeken dan ook beter ingekocht? Je krijgt dunnere catalogi, dus je kunt in het gesprek met de boekhandelaar wat langer stilstaan bij elk boek. Puur op microniveau kan het een vooruitgang zijn.”  

Giovanni Coudeville, centraal inkoper bij Standaard Boekhandel, juicht het idee alvast toe. Nadat ik me via het keuzemenu van de digitale receptionist aankondig als bezoeker en niet als pakketje, troont Giovanni me mee naar zijn kantoor. Een grot van Ali Baba onder grijze plafondtegels. Met nieuwe boeken en gadgets waar ik ook kijk. “Ik kom om in de brochures,” klinkt het. “Ik mis in het boekenvak een vorm van afstemming op elkaar. Er was een weelde aan boeken in het najaar, maar de verkoop leed onder het overaanbod. Geef toch minder uit en zorg voor rust. De lezer kan zijn euro maar één keer uitgeven. Wat we nu merken, is dat uitgevers wel naar elkaar kijken, maar dan vooral om nog snel een deeltje van de markt in te pikken. In de filmwereld is dat helemaal anders. Filmgiganten als Sony, Universal en Warner bepalen samen wat er op welk moment uitkomt.”  

Geef toch minder uit en zorg voor rust. De lezer kan zijn euro maar één keer uitgeven.

Giovanni Coudeville (centraal inkoper bij Standaard Boekhandel)

Kris Latoir, medeoprichter van uitgeverij het balanseer en eigenaar van de onafhankelijke boekhandel Paard van Troje in Gent, begrijpt de nood tot afspraken. “Het gezucht omtrent het overaanbod weerklinkt nu toch al enkele jaren, niet? En dat gezucht ben ik beu, aangezien men er toch niets aan doet. Laat de uitgevers dus maar aan een waanzinnig tempo boeken publiceren, het is aan de onafhankelijke boekhandelaar om er een spannende keuze uit te maken. Bij het balanseer leg ik mezelf een beperking op: ik tracht jaarlijks maximaal tien titels te publiceren. Afspraken maken zoals in de filmwereld lijkt me eerder onrealistisch. Er verschijnen nu eenmaal meer boeken per week dan films. Afspraken tussen onafhankelijke boekhandels zijn wel vruchtbaar, meen ik.” 

Maartje Swillen van boekhandel Boekarest in Leuven sluit zich daarbij aan. Vroeg op de ochtend mag ik bij haar aankloppen voor een kop sterke koffie en een handvol evenzo sterke meningen. “Dat we met een overaanbod zouden kampen, is een populaire opinie. Maar is dat echt zo? Het boekenvak is niet heel erg onrendabel. Er leven heel veel mensen van in Vlaanderen. Ik ga niet meesurfen op de enigszins elitaire golf van ‘er verschijnt te veel.’ Dat blijken dan vaak boeken te zijn die de mensen met die opinie niet willen lezen. Er verschijnen heel veel boeken die ik niet verkoop, dat wel. Maar ik heb de ongelooflijke luxe om een winkel te kunnen vullen met boeken waar ik wél achter sta.”  

Een winkel vol boeken waar je achter staat, mooi. Nu moeten die nog verkocht worden. Hoe doe je dat, als onafhankelijk boekhandelaar?  

Maartje Swillen: “Mag ik beginnen met een kanttekening? Ik ben niet vals bescheiden, ik ben goed in mijn job. Als ik zeg dat een boek goed is, merk ik dat mensen dat oppikken. Ik merk ook dat andere boekhandelaren mij daarin soms ook volgen. Toch is het allemaal erg dubbel. Ik zit in Leuven waar je geen huis kunt betalen als je geen diploma hebt. Een stad waar je ook niet terechtkomt als je geen diploma probeert te halen. De rand rond Leuven is anders dan de rand rond Mechelen of de rand rond Gent, nog rijker dan het centrum van de stad. Dus ja, ik kan inderdaad een boek in de markt zetten. Tegelijkertijd vind ik het oprecht jammer dat de drempel te hoog blijkt voor kansarmen, voor nieuwkomers. Ik draag weinig bij aan de strijd tegen ontlezing. Mijn job hier is eigenlijk ongelooflijk gemakkelijk. Alsof ik wijn zou verkopen aan alcoholici. Ben ik daar goed in? Ja. Duw ik die mensen vaak iets in hun handen dat ze anders niet zouden vastgepakt hebben? Vast ook. Zijn die dan soms positief verrast? Zeker. De elementaire beleefdheid bepaalt ook dat als die mensen niet blij zijn, dat ik dat eigenlijk vaak niet te weten kom.”  

Als ik zeg dat een boek goed is, merk ik dat mensen dat oppikken.

Maartje Swillen (boekhandel Boekarest in Leuven)

We noteren je kanttekeningen maar blijven nieuwsgierig naar je aanpak.  

Maartje Swillen: “Ik doe drie dingen. Ik kijk naar andere boekhandelaren. Bij voorkeur naar Nederland, omdat ik anders het gevoel heb al te zeer af te kijken van collega’s. Daarnaast zoek ik in brochures naar de boeken die mij aanspreken. En waar mogelijk lees ik de boeken lang voor verschijnen. Een voorsprong die me almaar minder wordt gegund nu publicatiedata van vertalingen almaar opschuiven naar de verschijningsdatum van het origineel. Hoe kies ik boeken voor mijn assortiment? Buikgevoel. Een saai antwoord en niet noodzakelijk helemaal waar. Ik kies natuurlijk ook in functie van: hoe krijg ik dat verkocht?”  

Kris Latoir vult aan: “Boekhandelaren zijn levende algoritmes. Je moet vragen stellen, maar ook boeken durven tippen die tegen de verwachting van de lezer ingaan. De sfeer in de boekhandel is doorslaggevend. Zorg ervoor dat de drempel zo laag mogelijk is. Tegen onze boekhandelaren zeg ik vaak ‘neem een stapel boeken en loop rond.’ Als je wordt opgemerkt, word je ook aangesproken. De manier waarop een boekhandel erbij ligt, moet uitnodigend zijn. Bij ons is het een via associaties georkestreerde chaos. Op het gevaar af een tikje pathetisch te klinken: je moet er elke dag voor zorgen dat de mensen die naar je winkel komen oprecht verrast worden. Lezers komen zo wel aanwaaien, maar je moet ze iets apart kunnen aanbieden. Het feit dat mensen zich de moeite getroosten om uit hun zetel te komen en naar je boekhandel te stappen moet je belonen. Er moet spanning zijn. Wat ga ik vandaag ontdekken? Wij proberen dat ook te doen met onze balanseerfeesten, bijvoorbeeld, waar we literatuur, muziek en graphic novels samenbrengen. Je moet je smoel onderhouden. Je identiteit. Nog zo’n beladen woord. Wees trots op wat je doet.” 

Boekhandelaren zijn levende algoritmes. Je moet vragen stellen, maar ook boeken durven tippen die tegen de verwachting van de lezer ingaan.

Kris Latoir (boekhandel Paard van Troje in Gent)

Powerpoints & thumbnails 

Hoe pakt de man die het assortiment bepaalt van de 130 Standaard Boekhandels het aan? Het lijkt me een haast verlammende verantwoordelijkheid.  

Giovanni Coudeville: “Je moet er een abstractie van kunnen maken. Iedereen is welkom bij ons, dus ik koop boeken voor iedereen. Mijn job bestaat eruit de juiste stapels in de juiste winkels te krijgen. Vandaag nam ik bijvoorbeeld de aanbieding van Standaard Uitgeverij door. Eigenlijk koop ik vrijwel alles in wat in die catalogus staat. Van de ene titel zijn dat duizend exemplaren, van een andere slechts veertien. Er schuilt een ijzeren logica achter, met verdeelsleutels die gebaseerd zijn op historische cijfers van eenzelfde soort boek. Zodra ik en mijn twee collega’s alles hebben ingekocht, ontvangen onze winkels lijsten met alle belangrijke gegevens, zoals verschijningsdatum en hoeveelheden. Het aantal ingekochte boeken is een eerste graadmeter voor de winkels om te weten waar ze moeten op inzetten. Daarnaast maken we maandelijks powerpoints voor onze boekhandelaren.” 

Wacht even, powerpoints voor boekhandelaren?  

Giovanni Coudeville: “Zeker. We geven de inhoud van de boeken mee, zaken die onze boekhandelaren op hun beurt dienen mee te geven aan de klant. Daarnaast organiseren we ook twee keer per jaar een inspiratiedag. Al onze boekhandelaren worden daarop uitgenodigd. Daar vertellen we dan ook nog eens live het verhaal achter verschillende van onze beoogde bestsellers. Het werkt als een trechter. Na een aanbieding krijgen de winkels eerst de globale info, over een periode van enkele maanden. Nadien stemmen we dat fijner af en komen er maandelijks updates. Dat kan gaan over grote maar ook kleine titels. Daarin schuilt dan het verschil. Voor de ene winkel is de nieuwe Chris De Stoop belangrijk, elders past misschien de nieuwe Ocean Vuong meer bij het DNA. Het is vaak inderdaad niet anders dan bij de onafhankelijke boekhandel: buikgevoel is belangrijk. Daarnaast kijken we naar het verhaal. Klopt alles? Inhoudelijk? Omslag? Dat laatste is voor ons essentieel. Mensen komen binnen in de winkels, scannen en kijken naar wat trekt. Ik weiger boeken met een lelijke cover.”   

Het woord is gevallen. Cover. Weinig zaken die zo belangrijk zijn voor de verkoop van een boek komen zo zelden aan bod. Onderhevig aan modes lijken de voorbije jaren vooral sterk typografische omslagen in trek. 

In zijn kantoor bij Borgerhoff & Lamberigts in Gent legt uitgever Sam De Graeve uit waar die trend vandaan komt. “De verklaring moeten we allicht bij Bol.com zoeken. Het marktaandeel van die online retailer is aanzienlijk. Dat betekent dat de thumbnail aan belang heeft gewonnen. De miniatuurafbeelding van een omslag moet onmiddellijk te lezen zijn. Vandaar dat onze meer commerciële toppers vaak een instant herkenbare typografie hebben. Daarnaast is het voor mij – ik kom uit een andere branche – ook een proces van vallen en opstaan geweest. Herinner je wat ik onze Franse reeks noem, bijzonder tactiele boeken met een fijn buikbandje eromheen. Alleen maakten we onze vrienden de boekhandelaars niet echt blij met de witte omslagen.”  

Toon Horsten, uitgever bij de jonge uitgeverij Tzara, blijkt ook een zwak voor reeksen te hebben. “Ik houd wel van een zekere herkenbaarheid. Een sterke grafische identiteit maakt dat je soms kijkt naar dingen waar je in principe aan voorbij zou lopen. Wij willen ons fonds breed houden en tegelijk een keurmerk zijn, dus dan is vormelijke identiteit vereist. Als je een fonds opbouwt, mag je dat ook zien aan de boeken.”  

Dichtgeknepen billen & doorgeplaatste besprekingen 

Enkele jaren geleden werd voorspeld dat we nog twee soorten boeken zouden kennen. Het goedkope boek, al dan niet alleen maar digitaal beschikbaar. En het duurdere, fraaier vormgegeven boek.  

Toon Horsten: “Als je nu heel breed kijkt, waar willen mensen nog voor betalen? Alles wat nieuw is. Dat geldt voor streamingdiensten, want ze willen vooral nieuwe dingen zien. Met boeken is dat niet anders. Mensen willen almaar nieuwe zaken en – inderdaad – het tactiele is daarbij belangrijker geworden. Nu, laat ons eerlijk zijn, boekomslagen hebben ook aan belang gewonnen omdat traditionele kanalen verdwijnen. Terwijl wij hier spreken, slinken de boekenbijlages. Een boek moet bijgevolg wel zeggen: kijk naar mij!”  

We moeten het over krantenbijlages hebben, het is niet anders. Wat is de rol van de pers bij de verkoop van boeken?   

©

Kevin Sezgin

Brecht Hortensius kijkt uit het raam van zijn kantoor in Antwerpen: “Als onze overbuur Gert Verhulst een schrijver uitnodigt aan zijn tafel, kunnen we spreken van echte impact. Verder blijft televisie een moeilijk verhaal. Gelukkig hebben we de radio nog. Programma’s als Voorproevers op Radio 1 en Pompidou op Klara zijn van groot belang. Een positieve bespreking van Christophe Vekeman, met of zonder rode cowboylaarzen, voel je in de verkoop.”  

Toon Horsten: “Ik heb enkele jaren geleden ‘Boerenpsalm’ van Felix Timmermans opnieuw uitgegeven. Een oud maar steengoed boek. Daar kwam wel een beetje aandacht voor, maar het liep pas storm toen Bart Van Loo met vuur over de roman vertelde bij Phara de Aguirre in De Afspraak. Weet je waarom? Omdat Bart Van Loo daar niets zat te verkopen. Vanzelfsprekende aandacht, dat is wat ik mis. Een boekenprogramma op tv gaat vandaag niet gepaard met een open geest maar met dichtgeknepen billen. Een gesprek van vier minuten, dan een filmpje, gevolgd door een muziekje. Dan toch liever de vanzelfsprekendheid die spreekt uit een podcast als Drie Boeken. Hoe eenvoudig en krachtig kan het zijn: een lezer vertelt enthousiast over favoriete boeken. Ik sta daags nadien in de boekhandel, hoor.”    

Een positieve bespreking van Christophe Vekeman, met of zonder rode cowboylaarzen, voel je in de verkoop.

Brecht Hortensius (VBK België)

 Brecht Hortensius: “Als we naar de geschreven pers kijken, merk ik vooral dat bepaalde genres minder aan bod komen. Literaire fictie en non-fictie doen het nog goed, maar een genre als de thriller heeft het moeilijk. Ook kinderboeken komen er bekaaid van af. Misschien ligt dat niet zozeer aan krimpende bijlages maar aan krimpende redacties?”  

Onder de efemere naam De Wolken zorgen Barbara Geenen en Alexandra Cousy ervoor dat Nederlandse fondsen als Koppernik, Das Mag en Meridiaan de nodige aandacht krijgen in Vlaanderen. Hoe gaan jullie met de pers om? Hebben jullie bijvoorbeeld een voorkeur voor recensies of interviews bij een nieuwe publicatie?  

Barbara Geenen: “Omdat de ruimte voor vertaalde literatuur in de media beperkt is, en net dat genre bij onze fondsen sterk vertegenwoordigd is, zetten wij sterk in op interviews. Met een interview bouw je aan de naamsbekendheid van je auteur. Iets waar onze uitgevers veel waarde aan hechten, omdat ze voornamelijk auteurs uitgeven met wie ze op lange termijn willen samenwerken.” 

 Brecht Hortensius: “Wij hebben strikt genomen liever recensies dan interviews. Interviews zijn leuk voor de lezer, natuurlijk. Maar we verkiezen dat ze een boek bespreken en zeggen wat ze ervan vinden. Een recensie is ook handiger om online te delen. Het is meer een call to action naar de lezer toe. Met een belangrijke nuance evenwel. Ten aanzien van debutanten denk ik dat het belangrijk is dat er liever geen recensie komt dan een slechte recensie.”  

Barbara Geenen: “Het blijkt ook altijd makkelijker om redacties te overtuigen aandacht te schenken aan non-fictie. Dat zijn verhalen met een handvaten aan. Bij fictie is het de uitdaging om naar verhalen te zoeken die aansluiten bij de actualiteit, maar daar niet te ver in te gaan. Met ‘Nachtouders’ van Saskia De Coster wilden we het debat over niet-biologisch ouderschap openbreken, wat ook werkte. Alleen ging er daardoor minder aandacht naar de literaire kwaliteiten van de roman.”  

Praten als promotiemiddel 

Komt alle heil dan toch van de sociale media?  

©

Kevin Sezgin

Alexandra Cousy: “Het succes van sociale media en influencers is moeilijk meetbaar. Waar ik wel op let, is het doorplaatsen van besprekingen. Als een influencer zich de moeite getroost om een aanbeveling ook te plaatsen op Goodreads of de website van Standaard Boekhandel heeft het al meer impact.”  

Barbara Geenen: “Het liefst blijven we in de coulissen. Wij zijn de regisseur achter een promotiecampagne. Anderzijds denk ik wel dat er lezers zijn die op zoek zijn naar een organisatie als De Wolken om tips van te krijgen. We zijn sowieso al aan het cureren. In de eerste plaats willen we natuurlijk boeken in de markt zetten. Maar stel dat we dat curatorschap helemaal uitwerken. Gaan we dan aan de slag met een eigen webshop? Dan gaan we de concurrentie aan met onze eigen klanten. Dus naar welke online partner verwijzen we? Ons online verhaal is nog niet af, het blijft complex.” 

Inge Janssens: “De persoon die het meeste impact heeft op sociale media is de auteur zelf. De schrijver die op authentieke en gepassioneerde wijze over eigen werk praat of schrijft, haalt daar het grootste voordeel uit. Voor genres die in de klassieke media minder aan bod komen, zoals jeugdliteratuur, werken we met online influencers. Er zitten een aantal leerkrachten tussen, maar ook ouders en grootouders. Onze groep van young adult influencers groeide uit tot een echte community.”   

De schrijver die op authentieke en gepassioneerde wijze over eigen werk praat of schrijft, haalt daar het grootste voordeel uit.

Inge Janssens (L&M Books)

Brecht Hortensius: “Er zijn een aantal mensen die echt fantastische dingen doen op Instagram. Ik lees soms kleine, enthousiasmerende recensies die zo in de krant kunnen. Maar als ik dan kijk door wie die influencers gevolgd worden, blijken dat vaak andere influencers te zijn. Met een echokamer is het moeilijk werken.” 

Toon Horsten: “Ik durf te betwijfelen of een campagne op sociale media echt werkt. Met de ene sigaret de andere aansteken, daar geloof ik in. Mond-tot-mondreclame, of dat nu via leesclubs gaat of via de boekhandel. Een tip van de ene lezer aan de andere, dat is de kern.”  

Sofie Dewulf sluit zich daarbij aan: “Ondanks alle sociale media, ontwikkelingen en technologieën: jij kunt hier nu digitaal op je telefoon al onze folders doorbladeren, maar gewoon elkaar vertellen wat een boek met je deed, blijft het strafste promotiemiddel.”   

Gewoon elkaar vertellen wat een boek met je deed, blijft het strafste promotiemiddel.

Sofie Dewulf (marketing en promotie bij Standaard Uitgeverij)